Hoe Roy en Ray Booher Limburg hielpen bevrijden.
Lotgevallen van een tweeling
De geallieerde landing op Omaha-Beach, het Ardennenoffensief en de slag om
Arnhem. Diverse malen verfilmd en een onuitputtelijke bron voor regisseurs en
documentairemakers. Tal van verhalen blijven echter verborgen. Zoals de
geschiedenis van de tweeling Roy en Ray Booher.
|
Roy Booher |
Ray Booher |
17 september 1944, Kerkrade.
De verslaggever van het magazine Yank, the Army weekly kan zijn geluk niet op.
Hij mag de meervoudige onderscheiden mannen van Old Hickory, de 30ste
Infantry Division, interviewen. Terwijl enkele honderden meters verderop huizen
tot puin gereduceerd worden, focust hij op een sergeant. Die koestert een Duits
pistool alsof het een kind is. “Jongen wat heb ik een geluk gehad. Ik zei nog
tegen mijn luitenant dat ik zo’n Duitse P38 wilde hebben. En wat denk je dat
minuten later hier in de greppel ligt?” Waar hij is weet de sergeant niet. “We
dumpen wat spul op de huizen daar, zo komen we van de sluipschutters af. Hoe dat
plekje heet geen idee. Nadat we het innamen, zijn we ’s nachts bestookt met
artillerie , They blew the hell out of the place. Maar ik heb een Duits pistool
gevonden. Echt, wat een geluk.” Het plaatsje dat wordt bestookt, is volgens de
Amerikaanse luitenant Kerkrade. Zeker is hij niet, maar doet het ertoe? Het is
voor hem de zoveelste plek in het zoveelste land. Sergeant Ray Booher ontsnapt
aan de aandacht van de verslaggever. Hij heeft al dagen geen woord geuit, lijkt
ten prooi gevallen aan een shellshock. Niet ongewoon bij veel
infanteriemannen. Op een gegeven moment is het op en sluit de geest zich af.
Booher staart voor zich uit. Niemand die nog contact met hem kan maken. Weinigen
weten wat aan de hand is.
Twee weken eerder, in Noorbeek.
Het front is opgeschoven richting Nederland. Duitsers vluchten door de straten
van het kerkdorp Noorbeek. Ze drijven George Rommedenne voor zich uit, een Belg
die gewaagd heeft “Vive la Belgique” te roepen. Hij wordt op een bankje gezet,
inwoners sporen hem aan de benen te nemen. “De Amerikanen komen eraan!” De Belg
blijft zitten, hij weet dat als hij vlucht verschillende dorpelingen
geëxecuteerd worden. Uiteindelijk moet hij het buiten Noorbeek met zijn leven
bekopen.
12 september 1944, Noorbeek
Eindelijk is het zover. Een meisje in de kempestraat ziet een soldaat door de
weilanden lopen en rent naar haar moeder. Er komt iemand aan in een vreemd pakje
het zijn de mannen van Old Hickory. Ze trekken meteen door richting de gehuchten
Terlinden en Hoogcruts. Hun doel is zo snel mogelijk richting Duitse grens bij
Kerkrade te trekken. Twee soldaten passeren een boerderij in Onderschey en
worden opgemerkt door de eigenaar. Hij snelt naar buiten om ze te waarschuwen.
“Er zitten Duitsers op de berg”, zegt hij. Een sergeant klimt over een heg
waarna schoten klinken. De man zakt in elkaar en sterft ter plekke. Roy Booher
is gesneuveld, negen dagen voor zijn verjaardag. Hij is slechts 23 jaar
geworden.
|
|
Roy's Monument in Noorbeek.
Voor meer info ....
klik op foto van monument. |
Een dag later, ergens in Zuid-Limburg.
Ray Booher wordt aangesproken door een soldaat uit het 119de
regiment. Hij krijgt het nieuws over zijn tweelingbroer Roy te horen en
versteent. Niet dat hij niets meer doet in gevechten, hij voert zijn taken uit,
meer dan dat zelfs. Niet voor niets wordt hij drie keer onderscheiden voor
getoonde moed. Maar wat is dat waard als je het gevoel hebt dat het leven geen
zin meer heeft? Kun je leven als je geest geamputeerd is? Ray’s gedachten gaan
ongetwijfeld terug naar zijn jeugd in het dorpje Burkesville in Kentucky. Het
zijn de roaring twenties, de beurs op Wall Street stort in en het aantal
werkelozen stijgt tot dramatische hoogte. In steden staan mensen uren in de rij
voor een kop waterige soep. De ellende ligt letterlijk op straat. Ray en Roy
Booher hebben niet door dat het land in een diepe depressie verkeert. De
tweeling donderjaagt, terwijl hun vader Jim – boer en eigenaar van een zagerij –
zich afvraagt hoe te overleven. Het leven van zijn kinderen is nog vrij van
stress. Dit is anders als het 1940 wordt. Ray en Roy gaan in Anaheim (Californië)
aan het werk voor hun oom Barney, die een vrachtwagenbedrijf heeft. De rest van
de familie volgt een jaar later omdat Californië simpelweg meer kansen biedt dan
Burkersville, Kentucky. En dan komt het bericht “you’re drafted”:
uitgekozen om te gaan vechten in Europa. Het is bijna hilarisch, in ieder geval
nauwelijks voor te stellen, maar welke R.Booher moet eigenlijk aan de slag voor
Uncle Sam? Niemand die het achteraf kan vertellen. Feit is dat de
onafscheidelijke tweeling besluit gezamenlijk naar Camp Blanding in Florida te
gaan. Omdat het beleid is, worden de Boohers niet bij elkaar in een peloton
geplaatst; het is de eerste keer dat de tweeling wordt gescheiden. Ze worden wel
in de zelfde Divisie ondergebracht, de 30ste; Roy in het 119de
regiment, Ray in het 120ste .
Begin augustus, 1944, Engeland.
Na de oversteek verblijven de mannen van Old Hickory in Engeland. Vier dagen na
D-Day worden ze opgetrommeld en raken meteen betrokken bij grimmige gevechten om
het Franse stadje Saint-Lô. Ray, die in het stadje Mortain gewond raakt, hoort
ineens zijn broer roepen. Die heeft hem vanaf een balkon voorbij zien komen. Het
is een emotioneel rendez-vous. de mannen zijn apetrots, hun divisie is
net onderscheiden voor de gevechten in Mortain, waar de Duitsers een grote
tegenaanval lanceerden. Old Hickory maakt naam en slaat hard terug. Het is de
laatste keer dat Ray en Roy elkaar zien.
|
Monument 30th Infantry Division in
Mortain (Frankrijk) |
|
25 september 1944, Oostelijke Mijnstreek.
Duitsland ligt op een steenworp afstand en in de Old Hickory wordt openlijk
gesproken over het einde van de oorlog. `tegen de kerst zijn we thuis`, hoor je
alom. Kirchrao alleen blijkt echter een uitzonderlijke moeilijk in te
nemen plaats. De grimmige gevechten duren tot 5 oktober en worden alleen
onderbroken voor een staakt-het-vuren. De bevolking van het oostelijke Kerkrade
kan daardoor de oversteek naar bevrijd gebied maken. Dertigduizend burgers
trekken richting Ubachsberg-Simpelveld, maar het staakt-het-vuren is afgelopen
voor dat iedereen is gearriveerd. Zo kan het dat een artilleriegranaat midden in
de stoet ontploft. Veertien mensen zijn op slag dood, tientallen mensen raken
gewond. Pas op 5 oktober marcheren de mannen van Old Hickory door de resten van
Kerkrade, op weg naar Aken, waar de strijd al is losgebarsten. De Duitsers
hebben zich teruggetrokken achter de Westwall, een formidabel verdedigingswerk
dat door de geallieerde Siegfriedlinie wordt genoemd. Hun doel is scheepvaart op
de Rijn te behouden, omdat die van levensbelang is voor de oorlogsindustrie. Ook
Ray Booher is betrokken bij de eerste grote aanval op Duits grondgebied. Hoewel
zwaar in de minderheid, verzetten de Duitse troepen zich hevig. Aken is de
plaats waar Karel de Grote tot keizer werd gekroond en heeft symbolische zeer
grote waarde voor de nazi’s.
Oktober 1944, Aken.
Het is onduidelijk hoe, maar Ray raakt bij een vuurgevecht gewond en wordt naar
een ziekenhuis in Parijs gebracht. Dat verlaat hij zonder toestemming om zich
weer bij zijn eenheid te voegen. Net op tijd om het Duitse Ardennenoffensief mee
te maken. In het plaatsje Thirimont eindigt de oorlog voor Ray Booher. Heuvel
573 moet koste wat kost veroverd worden op de Duitsers. Het Derde Hermann
Goeringregiment heeft zich ingegraven op wat door Amerikaanse strategen ´een van
de beste observatiepunten in Europa´wordt genoemd. Het terrein is nauwelijks
begaanbaar in goede omstandigheden, maar de infanterie moet ook nog eens door
een dikke laag sneeuw van een meter diep. Ray Booher wordt verscheidene keren in
een been geraakt als hij met een mitrailleur onder vuur wordt genomen.
Zomer 1945, Californië.
De Duitsers zijn gecapituleerd en Ray Booher wordt ontslagen uit het ziekenhuis.
Zijn wonden helen niet, stukjes metaal in zijn been zorgen voor chronische
zweren en afschuwelijke pijn. Gary Booher, een neef, verklaart in een interview
dat zijn oom nooit over de oorlog praatte. “het enige dat we wisten, is dat hij
in Europa vocht en onderscheiden was. In de familie werd nooit gesproken over de
oorlog, ik denk omdat de dood van oom Roy een verwoestend effect op de familie
had. Oom Ray leed fysiek en mentaal onder de wonden die hij opliep.”
April 1980, Californië.
Ray sterft, slechts 61 jaar oud. Hij wordt begraven op de Militaire
begraafplaats bij Riverside in Californië. Roy ligt sinds 1945 op de Amerikaanse
begraafplaats in het Belgische Henri-Chapelle. Een tweeling, fysiek gescheiden
door een oceaan van verdriet.
Artikel: 65Jaar vrijheid,
Limburgs Dagblad.
Door: Stefan Gillissen.
|
|
Roy's graf in Henri-Chapelle (België) |
Top
|
|